1521. Veiligheid Zuidelijke Randmeren en Eem

Waterschap Vallei en Eem wil maatregelen treffen om de veiligheid van de binnendijkse gebieden langs de Zuidelijke Randmeren op het wettelijke vereiste peil te brengen. Hiervoor is een dijkverbeteringsplan opgesteld. Volgens de Waterwet moeten de colleges van Gedeputeerde Staten van Utrecht en Gelderland als bevoegd bezag een goedkeuringsbesluit over het dijkverbeteringsplan nemen. Voor de onderbouwing van het dijkverbeteringsplan is een Milieueffectrapportage (MER) opgesteld.

Procedure en adviezen

Richtlijnen
12-04-2005 Datum kennisgeving
12-04-2005 Ter inzage legging van de informatie
14-04-2005 Adviesaanvraag
07-06-2005 Advies uitgebracht
Advies voor richtlijnen
Toetsing fase 1 en richtlijnen fase 2
05-09-2007 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie m.e.r.
24-09-2007 Kennisgeving MER
24-09-2007 Ter inzage legging MER
18-12-2007 Toetsingsadvies uitgebracht
Toetsingsadvies
Toetsing fase 2
16-06-2011 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie m.e.r.
20-06-2011 Datum kennisgeving
20-06-2011 Ter inzage legging van de informatie
08-09-2011 Advies uitgebracht
Toetsingsadvies

Opmerkingen bij de advisering

De Commissie is van oordeel dat de essentiële informatie voor besluitvorming in het MER fase 2 aanwezig is. Het MER is in samenhang met het dijkverbeteringsplan van goede kwaliteit: het kaartmateriaal en de dwarsprofielen zijn bijzonder duidelijk en zodanig gedetailleerd dat de ruimtelijke effecten van de voorgestelde ingrepen goed in beeld worden gebracht.

De dijkverbetering is met de opgestelde visie prima als een ruimtelijke opgave benaderd. Met deze visie zijn – binnen de gegeven veiligheidseisen – vanaf de start, duurzaamheid, cultuurhistorie, natuur en gebruik, goed meegenomen. De visie is vertaald in ontwerpuitgangspunten die het project ook daadwerkelijk richting hebben gegeven. De uiteindelijke uitwerking per deeltraject is steeds zorgvuldig beredeneerd hetgeen resulteert in een ontwerp op maat.

De m.e.r. is gefaseerd uitgevoerd. In de eerste fase lag de nadruk op de onderbouwing van het voornemen en verkenning van oplossingsrichtingen. Deze eerste fase heeft het Waterschap Vallei en Eem in samenwerking met Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht en Rijkswaterstaat IJsselmeergebied uitgevoerd. Vervolgens is in de tweede fase meer gedetailleerd onderzoek gedaan naar het gekozen alternatief, resulterend in een dijkversterkingsplan.

De Commissie is van oordeel dat het MER 1ste fase voldoende informatie over de verkenning van oplossingsrichtingen geeft om een keuze te maken voor het voorkeursalternatief dijkversterking. De aansluiting van fase 1 is duidelijk weergegeven in het MER voor fase 2.

Betrokken partijen

Samenstelling van de laatste werkgroep

dr. Janrik van den Berg
ir. Johan van der Gun
drs. Marinus Kooiman
prof. dr. Rob Leuven

Voorzitter: dr. Dick Tommel
Werkgroepsecretaris: drs. Bart Beerlage

Initiatiefnemer en Bevoegd gezag

Initiatiefnemer
Waterschap Vallei en Eem/ PER 01-2013 WATERSCHAP VALLEI EN VELUWE

Bevoegd gezag
Provincie Utrecht
Provincie Gelderland
Waterschap Vallei en Eem/ PER 01-2013 WATERSCHAP VALLEI EN VELUWE

Overige gegevens

Gebied: Nederland, provincie Utrecht


Categorieën Besluit m.e.r.

Code Omschrijving
008 Plan-m.e.r. en besluit-m.e.r. (oud, niet meer invullen)
C12.1 tot 1-4-2011: Aanleg primaire waterkering

Bijgewerkt op: 10 jul 2018