1674. Rivierverruiming Overdiepse Polder

De provincie Noord-Brabant geeft met het project Rivierverruiming Overdiepse Polder invulling aan het maatregelenpakket zoals uitgewerkt in de planologische kernbeslissing ‘Ruimte voor de rivier’. De doelstelling is het verlagen van de maatgevende hoogwaterstand in verband met veiligheid en het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit. Het voornemen bestaat uit het verleggen van de waterkering waardoor de polder, bestaande uit agrarisch gebied, buitendijks komt te liggen. Voor de agrarische bedrijven die overblijven worden terpen aangelegd om de gebouwen op te plaatsen. De polder krijgt dan een dubbelfunctie van landbouw en waterberging. De Provincie stelt een Inpassingsplan op, hiervoor zijn Gedeputeerde Staten van de provincie bevoegd gezag.

Procedure en adviezen

Richtlijnen
21-11-2005 Datum kennisgeving
21-11-2005 Ter inzage legging van de informatie
30-01-2006 Advies uitgebracht
Richtlijnen
Toetsing
19-12-2008 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer
19-12-2008 Kennisgeving MER
19-12-2008 Ter inzage legging MER
aanvulling
20-02-2009 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer
24-03-2009 Toetsingsadvies uitgebracht
Toetsingsadvies

Opmerkingen bij de advisering

Voor de richtlijnen voor het MER heeft de Commissie geadviseerd informtie te geven over;

  • het doelbereik van de alternatieven;
  • uitwerking van het begrip 'ruimtelijke kwaliteit' en de gevolgen van de inrichtingsalternatieven voor landschap en natuur;
  • motivering alternatievenontwikkeling en mma.

De informatie in het MER is breed, evenwichting en consistent. De doelstelling voor ruimteljike kwaliteit is goed uitgewerkt. De Commissie mist echter informatie over (de mate van) het doelbereik van de alternatieven, waaronder het voorkeursalternatief, voor het maatgevend effect bij hoogwater. Dit is van belang omdat geen van de alternatieven de beschreven taakstelling lijkt te halen.

Op 27 februari 2009 heeft de Commissie aanvullende infromatie ontvangen die ingaat op de mate van doelbereik van de alternatieven. De aanvulling geeft een goed beeld van de relatie tussen de oorspronkelijke taakstelling en de te breiken waterstandsverlaging in het voorkeursalterntief. Hieruit blijkt dat een maximaal haalbare waterstandsverlaging wordt gerealiseerd. Dat deze lager is dan de PKB Ruimte voor de Rivier-taakstelling wordt gemotiveerd. De Commissie is van oordeel dat in het MER en de aanvulling tesamen de essentiele informatie voor de besluitvorming aanwezig is.

Betrokken partijen

Samenstelling van de laatste werkgroep

ir. Johan van der Gun
dr. Rob Lenders
ir. Kuindert van der Spek
ir. Anne Wijbenga

Voorzitter: mr. Frans Evers
Werkgroepsecretaris: drs. Trineke Bakker

Initiatiefnemer en Bevoegd gezag

Initiatiefnemer
Waterschap Brabantse Delta

Bevoegd gezag
Provincie Noord-Brabant

Overige gegevens

Gebied: Nederland, provincie Noord-Brabant


Categorieën Besluit m.e.r.

Code Omschrijving
C09.0 tot 1-4-2011: (Her)inrichting landelijk gebied met functiewijziging >= 250ha
C12.1 tot 1-4-2011: Aanleg primaire waterkering

Bijgewerkt op: 09 jan 2013