2275. Ondergrondse energieopslag PrimAviera te Rijsenhout
In de Haarlemmermeerpolder wordt een glastuinbouwgebied ontwikkeld: PrimAviera. Stallingbedrijf Glastuinbouw Nederland b.v. (SGN) wil agrariërs de mogelijkheid bieden de klimaatvoorziening in de kassen op een duurzame wijze in te richten door toepassing van ondergrondse energieopslag, ook wel koude-warmteopslag genoemd. Gezien de omvang van de voorgenomen onttrekkingen wordt ter onderbouwing van een vergunningaanvraag in het kader van de Grondwaterwet een m.e.r.-procedure doorlopen.
Procedure en adviezen
Richtlijnen |
---|
25-05-2009 Adviesaanvraag |
29-05-2009 Datum kennisgeving |
29-05-2009 Ter inzage legging van de informatie |
17-07-2009 Advies uitgebracht |
Advies voor richtlijnen |
Toetsing |
20-09-2011 Kennisgeving MER |
26-09-2011 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
30-09-2011 Ter inzage legging MER |
18-11-2011 Voorlopig advies uitgebracht |
Voorlopig toetsingsadvies |
Toetsing aanvulling op het MER |
14-02-2012 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
12-07-2012 Advies uitgebracht |
Toetsingsadvies |
Opmerkingen bij de advisering
Toetsing aanvulling op het MER
De Commissie constateert dat ook na de aanvulling op het MER er tekortkomingen blijven bestaan. Deze hebben betrekking op de hydrologische en energieberekeningen.
Toetsing
Op basis van een voorlopig oordeel is de advisering van de Commissie tijdelijk opgeschort om de initiatiefnemer de gelegenheid te geven aanvullende informatie aan te leveren.
Reikwijdte en detailniveau
De Commissie beschouwt de volgende punten als essentiële informatie in het MER:
- De belangrijkste variabele bij het opstellen van de alternatieven voor de KWO is de ruimtelijke situering van de bronnen.
- De hydrologische effecten van de winning: enerzijds de kwantitatieve aspecten (grondwaterstanden en -stroming, beldrift, kwel, infiltratie) en de afgeleide effecten (wateroverlast, zetting), anderzijds de kwalitatieve aspecten (chloride en de door afwijkende watertemperaturen veranderde chemische processen) en de afgeleide effecten (ecologie, watervoorziening voor de landbouw).
- Het MER moet inzicht verschaffen in de positieve energetische effecten van het energiesysteem met opslag in termen van te bereiken energiebesparing, de systeemprestatie (geleverde koude en warmte ten opzichte van het elektriciteitsverbruik van het systeem) en met de onzekerheden daarin.
- Bij de invulling van het MMA dienen zowel beperking van de hydrologische effecten als optimalisatie van het energetische effect te worden nagestreefd.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
Harry Boukes |
ir. Hans Buitenhuis |
dr. Henk Everts |
Voorzitter: drs. Leni van Rijn-Vellekoop
Werkgroepsecretaris: drs. Marc Laeven
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
Stallingsbedrijf Glastuinbouw Nederland (SGN) |
Bevoegd gezag |
---|
Provincie Noord-Holland |
Overige gegevens
Gebied: Nederland, provincie Noord-Holland
Categorieën Besluit m.e.r.
Code | Omschrijving |
---|---|
C15.1 | tot 1-4-2011: Infiltratie of onttrekking van water >= 3 miljoen m3 per jaar (m.u.v. bronbemalers) |
Bijgewerkt op: 30 nov 2012