Rob Verheem
werkgroepsecretaris
De vennootschap wil een grootschalig bedrijventerrein (circa 85 ha) op het grondgebied van de gemeente Ossendrecht aanleggen, dat vooral zal worden bestemd voor transportbedrijven, met uitgroeimogelijkheden tot het verzorgen van fysieke distributieactiviteiten voor derden, handelsbedrijven, distributiecentra en hiermee verwante bedrijven.
In haar advies over de richtlijnen voor de inhoud van het MER vroeg de Commissie speciale aandacht voor de vormgeving en landschappelijke inpassing van het logistiek park. Verder constateerde de Commissie, dat de te verwachten milieuhygiënische gevolgen van het logistiek park voor een belangrijk deel afhankelijk zijn van de manier, waarop het park in de toekomst beheerd gaat worden. Het MER zou dus duidelijk moeten aangeven, hoe dit zal gaan gebeuren.
Na bekendmaking van het MER is, in verband met een noodzakelijk geachte aanvulling op het MER, de Commissie gevraagd haar advies op te schorten. Op 9 mei 1991 is deze aanvulling op het MER gepubliceerd. De Commissie gaf in haar toetsingsadvies aan, dat het MER voldoende informatie bevatte voor een besluitvorming waarin het milieubelang een volwaardige plaats zou innemen.
Na vaststelling van het gewijzigde bestemmingsplan door de gemeenteraad, is de besluitvorming beëindigd met het onthouden van de goedkeuring voor de wijziging door de provincie, onder andere op grond van de financiële haalbaarheid van het voornemen.