2751. Herziening Structuurvisie Ruimtelijke Ordening transitie veehouderij, provincie Noord-Brabant
De provincie Noord-Brabant ontwikkelt nieuwe, innovatieve beleidsinstrumenten om te komen tot een zorgvuldige veehouderij in 2020. Zij herziet de structuurvisie en verkent daarbij o.a. de inzet van de Brabantse Zorgvuldigheidsscore Veehouderij. De Commissie bracht een toetsingsadvies uit over het MER bij deze herziening. Zij is van oordeel dat het MER en de aanvulling daarop onvoldoende informatie bevatten over de doelstellingen en de omschrijving van het voornemen.
Procedure en adviezen
Reikwijdte en detailniveau |
---|
06-02-2013 Adviesaanvraag bij de Commissie mer |
06-02-2013 Aankondiging start procedure |
07-02-2013 Ter inzage legging van de informatie over het voornemen |
01-05-2013 Advies reikwijdte en detailniveau uitgebracht |
Voorlopig advies reikwijdte en detailniveau |
Advies reikwijdte en detailniveau |
Toetsing |
11-09-2013 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
13-09-2013 Kennisgeving MER |
13-09-2013 Ter inzage legging MER |
11-11-2013 Voorlopig advies uitgebracht |
Voorlopig toetsingsadvies |
Toetsing aanvulling op het MER |
25-11-2013 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
11-12-2013 Advies uitgebracht |
Toetsingsadvies |
Opmerkingen bij de advisering
Toetsingsadvies over het MER en de aanvulling daarop
De Commissie vindt dat informatie ontbreekt over de onderdelen doelstelling en omschrijving van het voornemen. Dit hangt samen met het nog niet gereed zijn van de Brabantse Zorgvuldigheidsscore Veehouderij (BZV). Deze BZV vormt naar mening van de Commissie een onlosmakelijk onderdeel uit van de structuurvisie. Er zijn in het MER ook geen volwaardige alternatieven voor de BZV beschouwd. Er kan daarom niet worden beoordeeld of het gekozen instrumentarium de gewenste prikkels tot de beoogde verbeterslag in de veehouderij geeft, of de ambities behaald kunnen worden en wat de milieueffecten daarvan zijn.
Advies reikwijdte en detailniveau
De Commissie adviseert het plan-MER in twee fasen in te richten. Het advies van de Commissie is daarom ook in twee delen opgesplitst.
De Commissie adviseert het plan-MER 1e fase vooral te richten op de brede verkenning van beleidsonderscheidende alternatieve oplossingen en daarbij al beschikbare informatie te betrekken. In het plan-MER 1e fase zou inzichtelijk moeten worden:
- De context waarbinnen de herziening plaatsvindt.
- Wat de beleidsambities en doelen zijn voor de belangrijkste peilers bij de transitie.
- Wat, op basis van de ambities en doelen, mogelijke onderscheidende alternatieve sturingsopties zijn.
- Een beschouwing op hoofdlijnen van de effectiviteit en realiteitswaarde van deze alternatieve sturingsopties.
In het plan-MER 2e fase kunnen de ambities en doelen en het voorkeursalternatief verder worden geconcretiseerd en eventueel vertaald naar ruimtelijke aspecten zoals bouwblokomvang, omvang veestapel of zonering.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
dr. Frank Boons |
ir. Tilly Fast |
mr. dr. Marcel Soppe |
ing. Rob Vogel |
drs. Rob van Woerden |
Voorzitter: ir. Niek Ketting
Werkgroepsecretaris: ir. Corrie Smit
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
Provincie Noord-Brabant |
Bevoegd gezag |
---|
Provincie Noord-Brabant |
Overige gegevens
Gebied: Nederland, provincie Noord-Brabant
Categorieën Besluit m.e.r.
Code | Omschrijving |
---|---|
007.1 | Plan-m.e.r. vanwege kaderstelling en passende beoordeling |
C14 | 2011: pluimvee/varkens |
D14 | 2011: intensieve veehouderij |
Bijgewerkt op: 12 dec 2013