Natuur

Natura 2000 is een van de belangrijkste beschermingsregimes voor natuur in Europa en Nederland. Bij het bepalen van effecten op Natura 2000-gebieden is significantie een belangrijk begrip. 

Natura 2000

Natura 2000 is een Europees netwerk van natuurgebieden. Het moet de biodiversiteit bevorderen door geïsoleerd liggende gebieden met elkaar te verbinden zodat planten en dieren tussen gebieden kunnen migreren. De Natura 2000-gebieden zijn aangewezen in het kader van de Europese Vogel- en Habitatrichtlijnen. Voor de meest bedreigde soorten en habitattypen is bepaald welke gebieden minimaal noodzakelijk zijn voor hun voortbestaan. Per soort of habitat zijn behoud- of verbeterdoelen vastgesteld, de zogenaamde instandhoudingsdoelstellingen.

Wat is significantie?

In het milieueffectrapport wordt bepaald of een plan of project significante gevolgen heeft voor Natura 2000-gebieden. Er is sprake van significante gevolgen als het plan of project het behalen van de instandhoudingsdoelstellingen bemoeilijkt. Deze doelstellingen zijn vastgelegd in de aanwijzingsbesluiten voor de Natura 2000-gebieden.

Er zijn instandhoudingsdoelstellingen voor:

  • Habitattypen: behoud of uitbreiding van de oppervlakte en/of behoud of verbetering van de kwaliteit.
  • Soorten: behoud of uitbreiding van de oppervlakte en kwaliteit van het leefgebied en van de populatie.

Soms is één type effect nog niet schadelijk voor de natuur, maar in combinatie met andere effecten wel. Dit kunnen effecten van dezelfde activiteit of van andere activiteiten zijn. Met deze opeenstapeling (cumulatie) van effecten moet bij het bepalen van significantie rekening worden gehouden.

Als hulpmiddel heeft BIJ12, de uitvoeringsorganisatie van het Interprovinciaal Overleg, de Handreiking Voortoets Stikstof opgesteld. Deze geeft aanknopingspunten om te bepalen of te verwachten stikstofeffecten op Natura 2000-gebieden significant zijn. 
Ook jurisprudentie over Natura 2000 en het Guidance-document van de Europese Commissie helpen hierbij. Uitgangspunt voor de beoordeling van significantie is: globaal waar het kan, details waar het moet. Maak hierbij gebruik van bestaande informatie over de natuur, bijvoorbeeld in de natuurdoelanalyses en de adviezen van de Ecologische Autoriteit hierover.

Wat is een Passende beoordeling?

Als niet kan worden uitgesloten dat een plan of project significante gevolgen heeft, dan moet een Passende beoordeling worden gemaakt. Daarin wordt dieper ingegaan op de gevolgen voor Natura 2000-gebieden.

De Passende beoordeling geeft antwoord op de vragen:

  • Wat zijn de instandhoudingsdoelstellingen voor de soorten/habitattypen in de Natura 2000-gebieden?
  • Worden deze doelstellingen gehaald of moet er nog veel gebeuren?
  • Welk effect heeft het initiatief op de soorten en habitattypen? Een activiteit die buiten een Natura 2000-gebied plaatsvindt, kan door ‘externe werking’ toch gevolgen hebben voor dat Natura 2000-gebied.
  • Zijn er andere activiteiten die gevolgen hebben voor de soorten en habitats? Het gaat om de optelsom (cumulatie) van de gevolgen van andere initiatieven op een Natura 2000-gebied.
  • Is er sprake van aantasting van de natuurlijke kenmerken van het Natura 2000-gebied (gelet op de doelstellingen en de staat van instandhouding)?

Het detailniveau van de Passende beoordeling moet passen bij het detailniveau van het plan of project. Voor een project, zoals de bouw van een elektriciteitscentrale, is gedetailleerde informatie nodig. Plannen kunnen heel verschillend van karakter zijn. Een provinciale omgevingsvisie kan heel abstract zijn, een wijziging van een omgevingsplan voor een woningbouwproject al concreet. In het laatste geval is het detailniveau van de Passende beoordeling vergelijkbaar met die van een project.

Mitigerende maatregelen meenemen?

Bij het bepalen of een Passende beoordeling nodig is, mogen mitigerende maatregelen (maatregelen die de effecten terugdringen) niet worden meegenomen. In de Passende beoordeling zelf mag dat wel en dat is ook aan te raden. Hiermee is het mogelijk aan te tonen dat aantasting van natuurlijke kenmerken is uit te sluiten.

De ADC-toets

Als uit de Passende beoordeling blijkt dat aantasting van natuurlijke kenmerken niet is uit te sluiten, dan volgt de ADC-toets:

  • Zijn er Alternatieve oplossingen met minder gevolgen voor het gebied?
  • Zijn er Dwingende redenen van groot openbaar belang waarom het moet doorgaan?
  • Als er geen alternatieven zijn, maar wel dwingende redenen van groot openbaar belang, dan moet er Compensatie plaatsvinden.

ADC-toets hoeft niet in de Passende beoordeling of het MER te worden opgenomen.

Passende beoordeling in het MER

Als voor een plan een Passende beoordeling wordt opgesteld, dan moet ook een plan-MER worden gemaakt. Een Passende beoordeling voor een mer-plichtig plan of project hoeft niet in het milieueffectrapport te worden opgenomen, maar het is wel aan te raden. Alle informatie voor de besluitvorming is dan gelijktijdig beschikbaar. Als de Passende beoordeling in het milieueffectrapport is opgenomen, toetst de Commissie zowel het rapport als de Passende beoordeling.

Tips van de Commissie

De Commissie adviseert de volgende aanpak bij een Passende beoordeling:

  1. Eigen plan: inventariseer de maximale gevolgen van het plan of project. Bepaal of het significante negatieve gevolgen kan hebben op de instandhoudingsdoelstellingen van één of meerdere Natura 2000-gebieden.
  2. Overige relevante activiteiten: zijn er andere plannen, projecten en activiteiten die gevolgen hebben voor dezelfde instandhoudingsdoelstellingen? Ook plannen of activiteiten waarover nog geen besluit is genomen of hoeft te worden genomen, kunnen hierbij relevant zijn. Deze activiteiten kunnen binnen en buiten het Natura 2000-gebied plaatsvinden. 
  3. Effectbepaling in cumulatie: bepaal de gevolgen van het eigen plan en de overige relevante activiteiten samen. Denk aan:
    • De stapeling van gelijksoortige effecten (bijvoorbeeld geluid door verkeer boven op geluid door industrie).
    • De stapeling van verschillende effecten met vergelijkbare gevolgen (zoals voedselgebrek door veranderde plantengroei en door grotere barrièrewerking).
    • Het effect van de combinatie van gevolgen (verstoring van een diersoort door meer lawaai plus voedselgebrek door veranderde plantengroei plus meer aanrijdingen door drukker verkeer).
  4. Conclusie: bepaal of met zekerheid te stellen is dat er (in cumulatie) geen aantasting van natuurlijke kenmerken is voor de habitattypen of soorten in het Natura 2000-gebied. Mitigerende maatregelen worden in de Passende beoordeling meegenomen.

Factsheet Natura 2000, significantie en Passende beoordeling