3132. Plussenbeleid veehouderij Gelderland
De provincie Gelderland wil het deel van de Omgevingsvisie dat betrekking heeft op het stimuleren van duurzame landbouw verder uitwerken. Daarom wordt de Omgevingsvisie geactualiseerd, samen met de daaruit voortvloeiende wijzigingen in de Omgevings-verordening Gelderland. Voor de besluitvorming over de Omgevingsvisie is een plan-milieueffectrapport opgesteld.
Procedure en adviezen
Toetsing |
---|
11-07-2016 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
19-08-2016 Ter inzage legging MER |
17-10-2016 Voorlopig advies uitgebracht |
Voorlopig toetsingsadvies |
Persbericht |
Toetsing aanvulling op het MER |
19-10-2016 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
01-12-2016 Advies uitgebracht |
Toetsingsadvies |
Persbericht |
Opmerkingen bij de advisering
Toetsingsadvies
Uit het aangepaste rapport blijkt welke andere oplossingen zijn overwogen bij de voorbereiding van het plussenbeleid. Ook laat het zien in hoeverre mogelijke negatieve effecten van het plussenbeleid door ander bestaand en toekomstig beleid worden ondervangen. De Commissie benadrukt dat flankerend beleid van de provincie van groot belang is om de beoogde positieve werking van het GPB te ondersteunen. Uit het rapport blijkt nu ook hoe de provincie samen met andere partijen de verduurzaming van de landbouw wil bereiken.
Het aangepaste rapport laat vooral voor landschap nog niet zien hoe het nieuwe beleid te negatieve effecten voorkomt. De Commissie adviseert daarom om het rapport op dit punt aan te laten passen en daarna pas te besluiten over het nieuwe beleid.
Voorlopig toetsingsadvies
Uit het rapport blijkt dat sprake is van regionale milieuknelpunten die om een oplossing vragen, zoals geurbelasting, luchtverontreiniging (bijvoorbeeld fijnstof in de Food Valley rondom Barneveld) en aantasting van kleinschalig landschap. Het rapport geeft echter niet aan in hoeverre het nieuwe Plussenbeleid hiervoor een oplossing biedt. Het beleid laat namelijk open of de plussen (extra investeringen) op dierenwelzijn, milieu of landschappelijke inpassing worden ingezet. Het rapport beschrijft bijvoorbeeld niet wat de milieueffecten zijn als in een regio volledig op één aspect (bijvoorbeeld dierenwelzijn) wordt ingezet. Mogelijk verergeren lokaal dan sommige andere milieuknelpunten (bijvoorbeeld landschap). De Commissie adviseert daarom in ieder geval ook een alternatief uit te werken waarbij alle regionale milieuknelpunten opgelost worden. De Commissie adviseert daarom om het rapport aan te laten passen en daarna pas een besluit over het nieuwe beleid te nemen. De provincie neemt dit advies over en vraagt de Commissie ook het aangepaste rapport te beoordelen.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
ir. Jan Bakker |
dr. Roeland During |
ing. Hilko Ellen |
Voorzitter: dr. Kees Linse
Werkgroepsecretaris: mr. drs. Gijs Hoevenaars
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
Provincie Gelderland |
Bevoegd gezag |
---|
Provincie Gelderland |
Overige gegevens
Gebied: Nederland, provincie Gelderland
Categorieën Besluit m.e.r.
Code | Omschrijving |
---|---|
007.1 | Plan-m.e.r. vanwege kaderstelling en passende beoordeling |
C14 | 2011: pluimvee/varkens |
D11.3 | 2011: industrieterrein |
D14 | 2011: intensieve veehouderij |
D22.2 | 2011: windturbinepark |
Bijgewerkt op: 12 mrt 2018