1649

SMB Stationsgebied Utrecht

De gemeente Utrecht wil het Stationsgebied rond Utrecht CS ingrijpend aanpassen. Het station moet worden getransformeerd tot een hoogwaardig mobiliteits- en OV knooppunt. Naast uitbreiding van de huidige OV terminal is het voornemen om in het aangrenzend gebied nieuwe kantoren (ca. 240.000 m2), woningen (ca 2100), voorzieningen en een cultuur/leisure centrum (ca 186.000 m2 ) te realiseren, w.o. muziekcentrum en musea.

Hoofdpunten uit het advies

In 2002 is een m.e.r. procedure opgestart (proj nr. 1307) ter ondersteuning van een bestemmingsplanprocedure. In het MER 1e fase, gepubliceerd in september 2003, zijn strategische keuzen over ruimtelijke opzet, bereikbaarheid en kwaliteit leegomgeving uitgewerkt en door de Commissie getoetst. Tussentijds heeft de gemeente Utrecht besloten af te zien van het ontwikkelen van een (globaal) bestemmingsplan. Daarmee is ook de m.e.r. procedure afgebroken. Om juridische problemen te voorkomen is besloten om de ontwikkeling van het Stationsgebied vast te leggen in een Structuurplan voorzien van een strategische milieubeoordeling (SMB).

Bij haar advies over reikwijdte en detailniveau van de SMB heeft de Commissie de informatie betrokken uit het MER 1e fase ten behoeve van het bestemmingsplan en de beoordeling die de Commissie daarover in november 2003 uitbracht. Zij vraagt in haar advies (oktober 2005) onder andere aandacht voor:

  • een toelichting op het programma van het Structuurplan, met name voor het oppervlak kantoorvoorzieningen;
  • de mogelijkheden om verkeer af te vangen aan de rand van de stad;
  • de maatregelen om overschrijding van luchtkwaliteitsnormen te beperken c.q. te voorkomen;
  • het vastleggen van ambitieniveaus voor geluid voor de verschillende delen van het plangebied. 

De belangrijkste punten bij haar beoordeling van de SMB (mei 2006) zijn:

  • het Stationsgebied scoort in de SMB ten opzichte van de andere opties (Leidsche Rijn en Rijneveld) positief omdat er van uit gegaan wordt dat de werknemers van de te vestigen kantoren voor woon-werkverkeer gebruik gaan maken van OV. De Commissie adviseert om tussentijds te checken of deze veronderstelling ook waarheid wordt. Mocht blijken dat meer woon-werkverkeer toch per auto plaatsvindt dan zal op basis van deze gegevens tussentijds een nieuwe afweging gemaakt moeten worden.
  • In de SMB wordt de spanning tussen de beoogde functies in het Stationsgebied en de extra verkeershinder die deze functies met zich meebrengen, niet opgelost maar doorgeschoven naar vervolgplannen. Daarmee wordt de kans gemist om op dit geëigende strategische niveau verdergaande opties te onderzoeken om het autoverkeer in het Stationsgebied te beperken.
  • De SMB voor het Stationsgebied geeft onvoldoende informatie over luchtkwaliteit om een besluit te kunnen nemen over het Structuurplan. Het in gang zijnde onderzoek dat gepubliceerd wordt met het Structuurplan zal hierin moeten gaan voorzien.

Samenstelling van de laatste werkgroep

dr. Gijs-Jan van Blokland

ir. Joep Lax

mr. Albert de Vries

ir. Bob Wiekema

voorzitter

drs. Hans Ouwerkerk

werkgroepsecretaris

ir. Veronica ten Holder

Projectinformatie

Bevoegd gezag

Utrecht

Initiatiefnemer

Utrecht

Laatste advies uitgebracht op

18 mei 2006