2156

Dynamisch Beekdal de Aa

Het waterschap Aa en Maas heeft samen met de gemeenten Sing-Michielsgestel en Bernheze en de provincie Noord-Brabant het voornemen om het watersysteem tussen Heeswijk-Dinther en 's-Hertogenbosch rondom de Aa te herzien. Hierdoor wordt ruimte gecreerd voor waterberging, natuur- en recreatieontwikkeling. Voor deze plannen dienen de bestemmingsplannen van de gemeenten te worden aangepast.  Ter ondersteuning van de besluitvorming over de herziening van de bestemmingsplannen wordt een milieueffectrapport opgesteld.

Hoofdpunten uit het advies

De Commissie adviseert in het milieueffectrapport in ieder geval de volgende informatie op te nemen:

  • een heldere (kwantitatieve) probleemschets; geef daarbij een gedetailleerde analyse van de knelpunten en het probleemoplossende vermogen van de verschillende mogelijke locaties voor de waterberging, betrek hierbij het hele stroomgebied van de Aa;
  • een landschapsecologische systeembeschrijving van het stroomgebied van de Aa, beschrijf daarbij waar natuurontwikkelingsmogelijkheden zitten;
  • inzicht in de mate waarin de andere wateropgaven (uit onder meer de Kaderrichtlijn water) en nevendoelstellingen ten aanzien van natuur, recreatie en cultuurhistorie worden meegenomen en invulling krijgen.

De Commissie heeft het MER getoetst is van oordeel dat het goed leesbaar is, overzichtelijk van opzet en voorzien van duidelijke illustraties. Ook is een heldere samenvatting opgenomen. In het MER is een duidelijke landschapsecologische systeembeschrijving opgenomen. Daarnaast is een heldere beschrijving van het voorkomen van beschermde soorten gegeven evenals een goede onderbouwing van de effectbeoordeling waterberging, bodem en water.

 

In het MER wordt een vrijstromend alternatief (verwijderen van kaden en meandering van de beek) en een gestuurd alternatief (beperkte beekdalontwikkeling) uitgewerkt. Het meest milieuvriendelijke alternatief (MMA) is een nadere uitwerking van het vrijstromend alternatief. De ontwikkeling van de alternatieven en de keuzes die worden gemaakt zijn helder beschreven en goed gemotiveerd. Het gestuurd alternatief scoort het beste op waterbergingscapaciteit en levert de minste wateroverlast. Het vrijstromend alternatief (tevens het voorkeursalternatief) heeft de grootste positieve effecten op natuur en levert tevens een verbetering van bodem en waterkwaliteit op.

Samenstelling van de laatste werkgroep

drs. Gert Dekker

dr. Henk Everts

ir. Robbert de Vries

voorzitter

mr. Frans Evers

werkgroepsecretaris

ir. Corrie Smit

Projectinformatie

Bevoegd gezag

Provincie Noord-Brabant

Initiatiefnemer

Waterschap Aa en Maas

Laatste advies uitgebracht op

1 september 2009