2363. Gaswinning blok G16a-B in het Nederlandse deel van het Continentaal Plat
GDF SUEZ E&P Nederland B.V. heeft het voornemen om op de Noordzee in blok G16 van het Nederlands deel van het Continentaal plat een aardgasveld in exploitatie te nemen. Hiertoe zal een onbemand satellietplatform (genaamd G16a-B) met een productiecapaciteit van 4,8 miljoen Nm3 aardgas per dag geplaatst worden. Gewonnen gas zal via een aan te leggen pijpleiding naar een bestaand productieplatform (G17d-AP) worden afgevoerd voor verdere behandeling. De voorgenomen platformlocatie ligt circa 80 km ten noorden van Terschelling.
Procedure en adviezen
Richtlijnen |
---|
17-12-2009 Adviesaanvraag |
24-12-2009 Datum kennisgeving |
24-12-2009 Ter inzage legging van de informatie |
23-02-2010 Advies uitgebracht |
Advies voor richtlijnen |
Toetsing |
26-07-2010 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
03-08-2010 Kennisgeving MER |
03-08-2010 Ter inzage legging MER |
30-09-2010 Toetsingsadvies uitgebracht |
Toetsingsadvies |
Opmerkingen bij de advisering
Richtlijnen
De Commissie voor de m.e.r. beschouwt de volgende punten als essentiële informatie in het milieueffectrapport (MER):
- een beschrijving van de emissies naar lucht en water ten gevolge van de gasproductie, installatie van het platform en boorwerkzaamheden;
- een beschrijving van de gevolgen voor de natuur van (onderwater)geluid en lichtemissies tijdens de aanleg en exploitatie van het satellietplatform, en boor/putcompletiewerkzaamheden;
- een beschrijving van de gevolgen op het te beschermen gebied het Friese Front.
Toetsing
De Commissie is van oordeel dat de essentiële informatie voor besluitvorming over de mijnbouwmilieuvergunning in het MER aanwezig is.
Het MER geeft een goede beschrijving van:
- de milieueffecten tijdens de aanleg en exploitatie van het satellietplatform, en boor/putcompletiewerkzaamheden;
- de veiligheidsmaatregelen, kans op een blow-out en de gevolgen daarvan;
- de verschillende mogelijkheden voor elektriciteitsopwekking voor het platform;
- alternatieven voor de verankering van de onderbouw in de zeebodem (waaronder heien, suction piling en boren);
- onderwatergeluid en de mogelijke gevolgen daarvan op zeezoogdieren.
Het platform komt op ca. 2 km van het gebied ‘Friese Front’ te liggen. Uit de beschrijving van de effecten van het voornemen op natuur blijkt dat de voorgenomen activiteit geen gevolgen heeft voor de te behouden kenmerken en natuurwaarden van dit gebied.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
ing. Wim Been |
dr. Norbert Dankers |
prof. ir. van der Vuurst de Vries |
Voorzitter: drs. Leni van Rijn-Vellekoop
Werkgroepsecretaris: drs. Florentine van der Wind
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
Engie Nederland |
Bevoegd gezag |
---|
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat |
Overige gegevens
Gebied: Nederland, niet provinciaal ingedeeld gebied
Categorieën Besluit m.e.r.
Code | Omschrijving |
---|---|
C17.2 | tot 1-4-2011: Winning aardolie of aardgas >= 500ton respectievelijk >= 500.000m3 |
Bijgewerkt op: 14 dec 2012