2610. Bestemmingsplan buitengebied gemeente Smallingerland
De gemeente Smallingerland werkt aan het opstellen van een nieuw bestemmingsplan voor het buitengebied. Voor dit bestemmingsplan wordt een plan-m.e.r.-procedure doorlopen omdat het bestemmingsplan kaderstellend is voor m.e.r.-(beoordelings) plichtige activiteiten en mogelijk effecten heeft op Natura 2000-gebieden.
Procedure en adviezen
Reikwijdte en detailniveau |
---|
01-12-2011 Adviesaanvraag bij de Commissie mer |
08-03-2012 Advies reikwijdte en detailniveau uitgebracht |
Advies reikwijdte en detailniveau |
Toetsing |
13-12-2012 Kennisgeving MER |
14-12-2012 Ter inzage legging MER |
19-12-2012 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
26-03-2013 Toetsingsadvies uitgebracht |
Toetsingsadvies |
Opmerkingen bij de advisering
Toetsingsadvies
De Commissie vindt dat het MER niet alle informatie bevat die zij essentieel acht voor het volwaardig meewegen van het milieubelang in de besluitvorming. De tekortkomingen betreffen:
- De uitbreidingsmogelijkheden voor veehouderij tot 2,5 hectare zijn aan een afwijkingsbevoegdheid gekoppeld. Het is in het MER niet aangetoond dat de voorwaarden bij de afwijkingsbevoegdheid de zekerheid geven dat aantasting van natuurlijke kenmerken van Natura 2000-gebieden kan worden uitgesloten. Het MER beschrijft daardoor geen uitvoerbaar voornemen.
- Het is onduidelijk waarom 3.000 varkens per hectare een representatieve invulling is voor een intensieve veehouderij. Elders in het MER wordt aangegeven dat 1 m2 per varken representatief is. Mogelijk zijn de milieueffecten voor geur en ammoniak onderschat door de aanname van 3.000 varkens per hectare.
Advies reikwijdte en detailniveau
De volgende punten beschouwt de Commissie als hoofdpunten voor het MER:
- Een integrale visie op de gewenste ontwikkeling van het buitengebied, met duidelijk omschreven ambities, die kan dienen als toetsingskader van het voornemen en de alternatieven. Beschrijf hierbij hoe vanuit de integrale visie de alternatieven tot stand komen en hoe deze zich verhouden tot de bestaande kwaliteiten van het landschap.
- Een heldere beschrijving van het voornemen, de alternatieven, de huidige situatie en de autonome ontwikkeling.
- De maximaal mogelijke effecten van het voornemen op natuur, door o.a. depositie van verzurende/vermestende stoffen op de Natura 2000-gebieden. Neem een Passende beoordeling in het MER op wanneer significante negatieve gevolgen voor Natura 2000-gebieden niet zijn uit te sluiten.
- De positieve of negatieve effecten van het voornemen en de alternatieven op de ontwikkeling van de ruimtelijke kwaliteit, de leefomgeving, het landschap en de cultuurhistorische/ archeologische waarden.
- Een zelfstandig leesbare samenvatting, met voldoende onderbouwend kaartmateriaal.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
ir. Sjoerd Bokma |
dr. Henk Everts |
ing. Dick Hamhuis |
Voorzitter: ir. Hans van der Vlist
Werkgroepsecretaris: drs. Jeltje Siedsma
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
Gemeente Smallingerland |
Bevoegd gezag |
---|
Gemeente Smallingerland |
Overige gegevens
Gebied: Nederland, provincie Friesland
Categorieën Besluit m.e.r.
Code | Omschrijving |
---|---|
007.2 | Plan-m.e.r. vanwege kaderstelling |
D14 | 2011: intensieve veehouderij |
Bijgewerkt op: 26 mrt 2013