3252. CO2-afvanging Twence B.V. te Hengelo
Twence wil de CO2 uit haar afvalenergiecentrale in Hengelo afvangen en daarna in vloeibare vorm leveren aan de glastuinbouw. Voordat de provincie Overijssel over de benodigde vergunningen besluit zijn de milieugevolgen onderzocht in een milieueffectrapport. De Commissie m.e.r. adviseerde eerder het rapport aan te vullen met voor- en nadelen van mogelijke afvangtechnieken en de manier waarop uitstoot van potentieel kankerverwekkende stoffen wordt gemeten. De Commissie heeft op verzoek van de provincie het herziene rapport beoordeeld.
Procedure en adviezen
Reikwijdte en detailniveau |
---|
07-09-2017 Adviesaanvraag bij de Commissie mer |
25-09-2017 Ter inzage legging van de informatie over het voornemen |
05-12-2017 Advies reikwijdte en detailniveau uitgebracht |
Advies reikwijdte en detailniveau |
Persbericht |
Toetsing |
22-03-2019 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
24-05-2019 Voorlopig advies uitgebracht |
Voorlopig toetsingsadvies |
Persbericht |
Toetsing aanvulling op het MER |
13-06-2019 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
02-07-2019 Advies uitgebracht |
Toetsingsadvies |
Persbericht |
Opmerkingen bij de advisering
Toetsingsadvies
Het rapport onderbouwt goed waarom de absorptietechniek de enige realistische techniek is voor de CO2-afvang. Daarbij is gekeken naar de toepasbaarheid, kosten, energieverbruik en geschiktheid voor het specifieke rookgas van Twence. Ook de verwachte milieueffecten en de wijze waarop de uitstoot wordt gemeten zijn goed beschreven. De Commissie vindt dat er nu goede milieu-informatie beschikbaar is voor een besluit over de CO2-afvanginstallatie van Twence.
Voorlopig toetsingsadvies
In het rapport zijn verschillende technieken voor de CO2-afvang onderzocht. Het is belangrijk dat de milieuvoor- en nadelen van de reëel toepasbare technieken duidelijk in beeld zijn, zodat de provincie hier rekening mee kan houden. Dit is nog onvoldoende het geval, zo zijn de uitstoot naar lucht en water, en ook veiligheids- en geluidaspecten nog niet vergeleken.
Voor de CO2-afvang wordt gebruik gemaakt van een absorptiemiddel genaamd S26. Dit middel zorgt voor uitstoot van ‘nitro-amines’ naar lucht en water. Het rapport onderbouwt dat de uitstoot van deze stoffen zeer laag is. Voor deze potentieel kankerverwekkende stoffen geldt de wettelijke verplichting om de uitstoot te minimaliseren. De Commissie vindt het daarom belangrijk de vinger aan de pols te houden. De manier waarop de uitstoot van nitro-amines straks gemeten wordt (zogenaamde monitoring) en de consequenties die hieraan verbonden worden vragen nog aandacht.
De Commissie adviseert het milieueffectrapport eerst hierop aan te laten passen en daarna pas een besluit te nemen. De provincie heeft aangegeven het advies op te volgen.
Advies reikwijdte en detailniveau
De Commissie adviseert de techniekkeuze voor de CO2-afvang goed te onderbouwen, met speciale aandacht voor de mogelijke risico’s van stikstofuitstoot voor de volksgezondheid en de natuur. Ook moet het rapport de maatregelen beschrijven die mogelijk zijn om deze risico’s te beperken. De ondergrond waar de CO2-afvanginstallatie moet komen is instabiel door de aanwezige zoutcavernes. Hierdoor kan de ondergrond verzakken. Onderzocht moet worden hoe groot het risico hierop is en welke eisen dit stelt aan gebouwen en installaties.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
ir. Tanja Bremer |
dr. ir. Wim Brilman |
dr. Maarten Jan Brolsma |
ing. Han van Niekerk |
Voorzitter: mr. Tom Smit
Werkgroepsecretaris: dr. Geert Draaijers
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
Twence B.V. |
Bevoegd gezag |
---|
Provincie Overijssel |
Overige gegevens
Gebied: Nederland, provincie Overijssel
Categorieën Besluit m.e.r.
Code | Omschrijving |
---|---|
C18.4 | 2011: niet-gevaarlijk afval |
Bijgewerkt op: 15 jul 2019