852. Dijkversterking Jaarsveld - Schoonhoven
De noordelijke Lekdijk, dijkvak 86 − 95,1 en 136 − 192,3 in de gemeenten Lopik en Schoonhoven moet worden verbeterd Het gedeelte tussen dp. 91,5 en 136 is al verbeterd en voldoet aan de huidige veiligheidsnormen.
Procedure en adviezen
Richtlijnen |
---|
22-01-1997 Datum kennisgeving |
22-01-1997 Ter inzage legging van de informatie |
21-03-1997 Advies uitgebracht |
Advies voor richtlijnen |
Toetsing |
30-03-1998 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
01-04-1998 Kennisgeving MER |
01-04-1998 Ter inzage legging MER |
26-05-1998 Toetsingsadvies uitgebracht |
Toetsingsadvies |
Opmerkingen bij de advisering
Conform datgene wat in de richtlijnen is gevraagd zijn in de projectnota/MER zowel alternatieven uitgewerkt gebaseerd op de huidige Maatgevende Hoogwaterstand (MHW) als op MHW's waarbij rekening wordt gehouden met een mogelijk hogere afvoernorm van 16.050 m3/s in de toekomst. Wat betreft de uitwerking van de verschillende alternatieven constateert de Commissie dat voldoende inzicht is gegeven in de consequenties van de verschillende MHW's voor de kruinhoogte. De dimensionering van de bermen is alleen geoptimaliseerd voor de mogelijk toekomstige MHW's. Vervolgens wordt opgemerkt dat het ruimtebeslag bij toepassing van de hogere MHW's vrijwel gelijk is aan de lagere MHW's. De Commissie merkt echter op dat niet inzichtelijk is gemaakt wat het ruimtebeslag bij toepassing van de lagere MHW's is als uitgekiend wordt ontworpen. Aangezien kan worden ingeschat dat de verschillen in ruimtebeslag tussen de verschillende MHW's marginaal zullen zijn en daardoor niet onderscheidend zullen zijn voor de verschillende alternatieven, beschouwt de Commissie dit niet als een essentiële tekortkoming. Wel wijst zij er nadrukkelijk op dat de MHW's gebaseerd op een afvoernorm van 15.000 m3/s de wettelijke norm zijn voor dijkverbeteringen. Dit betekent dat in een MER voor een dijkverbetering altijd voldoende informatie moet zijn opgenomen over de milieugevolgen van een dijkverbeteringsplan dat op deze norm is gebaseerd.
In het besluit van de provincie is tevens opgenomen dat er een evaluatieprogramma opgesteld dient te worden voor het volgen van de effecten tijdens en na uitvoering van het project.
In dit project is een nieuw systeem van lozing van kwelwater geïntroduceerd, waardoor sloop van gebouwen overbodig bleek en ook andere dure oplossingen niet nodig bleken. Uit de evaluatie moet komen, of dit systeem goed werkt.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
ing. Harma Horlings |
ir. Jouke Kuipers |
drs. Gerda van Laar-Melchior |
prof. dr. Rob Leuven |
Voorzitter: drs. Leni van Rijn-Vellekoop
Werkgroepsecretaris: drs. Jorritsma
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden |
Bevoegd gezag |
---|
Utrecht |
Provincie Zuid-Holland |
Overige gegevens
Gebied: Nederland, provincie Utrecht; Nederland, provincie Zuid-Holland
Categorieën Besluit m.e.r.
Code | Omschrijving |
---|---|
C12.2 | tot 1-4-2011: Zee-, delta- of rivierdijk >= 5km, 250m3 profiel: wijziging of uitbreiding |
Bijgewerkt op: 31 aug 2007