ECLI:NL:RVS:2011:BP0542

Betreft Harselaar West-West
Datum uitspraak 12-01-2011
Rechtsprekende instantie  Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Proceduresoort Eerste aanleg - meervoudig
Trefwoorden m.e.r.-beoordelingsplicht, bedrijventerreinen, drempelwaarde, Barneveld, m.e.r.-richtlijn, bijlage III
Bronnen vindplaats

Zaaknummer 201000804/1/R2
Toets 2011, 1 (p. 30)

Conclusies voor de m.e.r. praktijk

  • Zonder motivering van de appellant zal de Afdeling in haar oordeel niet snel concluderen dat toch een m.e.r.(-beoordeling) moet worden uitgevoerd als de voorgenomen activiteit onder de toepasselijke drempelwaarde uit onderdeel D van de bijlage bij het Besluit m.e.r blijft.

NB Als een appellant wel argumenten aandraagt waarom een m.e.r.(-beoordeling) had moeten plaatsvinden, dan loopt de Afdeling al deze argumenten na (zie ABRvS 8 december 2010, zaaknr. 200910054/1/M1, composteerder Lelystad en ABRvS 29 december 2010, zaaknr. 201000770/1/M2, Varkenshouderij Nederweert).

Casus

Op 17 november 2009 heeft de gemeenteraad van Barneveld het bestemmingsplan ‘Harselaar West-West’ vastgesteld dat voorziet in de uitbreiding van ongeveer 20 hectare van het bedrijventerrein Harselaar-West.
Volgens de appellant is ten onrechte geen m.e.r. uitgevoerd voor dit plan. De uitbreiding van het bedrijventerrein kan aanzienlijk nadelige milieueffecten veroorzaken. Daarom had, ook al zit het project onder de drempelwaarde uit het Besluit m.e.r., volgens hem een MER moet worden opgesteld. Hij wijst in dit verband op het arrest van het HvJ EG van 15 oktober 2009 (zaak) C-255/08.

De raad van de gemeente Barneveld is een andere mening toegedaan, vanwege:

  1. de geringe omvang van het project;
  2. de afwezigheid van cumulatie met andere projecten;
  3. de afwezigheid van bijzonderheden inzake het gebruik van natuurlijke hulpbronnen, productie van afvalstoffen, verontreiniging, hinder, risico op ongevallen;
  4. de afwezigheid van een bijzonder kwetsbaar milieu in het plangebied en de omgeving, aangezien het dichtstbijgelegen Natura 2000-gebied 6,5 kilometer en de dichtstbijgelegen woonkernen 1,5 kilometer verderop liggen.

Overwegingen van de voorzieningenrechter
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State constateert dat niet in geschil is dat het plangebied minder dan 75 hectare bedraagt en dus de in categorie D 11.3 van de bijlage bij het Besluit m.e.r. genoemde drempelwaarde, niet overschrijdt.
De appellant heeft niet gemotiveerd dat er andere factoren aanwezig zijn, zoals bedoeld in bijlage III van de Europese m.e.r.-richtlijn, waardoor, gelet op het hiervoor genoemde arrest van het Hof, ook bij het niet overschrijden van de drempelwaarde toch een m.e.r.-beoordeling had moeten worden gemaakt. Dat betekent dat er dus geen MER hoefde te worden gemaakt.

Uitspraak
Het beroep is ongegrond.