1012. Koude immobilisatie afvalstoffen bij 't Oost, Den Helder
De onderneming De Graaff & Baas heeft het voornemen om op haar locatie te Alphen aan den Rijn een eenheid voor de conditionering van lakcoagulaat en andere lakhoudende afvalstoffen (3 kton/jaar) op te richten. Het voornemen behelst daarmee zowel de uitbreiding van de capaciteit voor koude immobilisatie van niet-gevaarlijke afvalstoffen als de aanleg van voorzieningen voor koude immobilisatie van gevaarlijke afvalstoffen.
Procedure en adviezen
Richtlijnen |
---|
18-03-1999 Datum kennisgeving |
18-03-1999 Ter inzage legging van de informatie |
28-05-1999 Advies uitgebracht |
Toetsing |
19-04-2002 Kennisgeving MER |
19-04-2002 Ter inzage legging MER |
Toetsing |
Toetsing a |
11-10-2002 Toetsingsadvies uitgebracht |
Opmerkingen bij de advisering
In haar richtlijnenadvies vroeg de Commissie speciale aandacht voor de beschrijving van acceptatiecriteria voor te verwerken afvalstromen. Daarbij kan zonodig een onderscheid gemaakt worden tussen afvalstromen die regulier verwerkt gaan worden en afvalstromen met een afwijkende samenstelling, die in eerste instantie op basis van een proefverwerking verwerkt gaan worden.
Daarnaast vroeg de Commissie aandacht voor de onderbouwing van de techniekkeuze koude immobilisatie voor de verschillende afvalstromen. Daarbij zou een relatie gelegd moeten worden met de minimumstandaard zoals vastgelegd in het Meerjarenplan gevaarlijk afval II.
Aangezien de ervaringen met koude immobilisatie nog beperkt zijn, adviseerde de Commissie expliciet om te letten op waarborgen in het proces om te komen tot producten die voldoen aan het Bouwstoffenbesluit.
Het richtlijnenadvies is integraal overgenomen als richtlijnen voor het milieueffectrapport.
Bij de toetsing van het milieueffectrapport stuitte de Commissie op twee elementen waarin zij essentiële tekortkomingen meende te zien. Het bevoegd gezag heeft de initiatiefnemer verzocht extra informatie op deze punten te verstrekken. De Commissie heeft deze informatie betrokken bij de afronding van haar toetsingsadvies.
Op verzoek van het bevoegd gezag stelde de initiatiefnemer ook een aanvulling bij de vergunningaanvraag op die dieper inging op geluidsaspecten. De Commissie heeft kennis genomen van deze aanvulling.
In het toetsingsadvies concludeerde de Commissie dat het MER plus de Aanvulling de essentiële informatie voor de besluitvorming leverden. Ten aanzien van een aantal onderdelen gaf de Commissie aanbevelingen voor de verdere besluitvorming.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
ing. Cor Coenrady |
dr. Marco Kraakman |
ir. Evert Mulder |
dr. Arnold Tukker |
dr. ir. Zevenbergen |
Voorzitter: dr. ir. Gerrit Blom
Werkgroepsecretaris: drs. Michiel Odijk
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
V.o.F. 't Oost |
Bevoegd gezag |
---|
Noord-Holland |
Hoogheemraadschap Uitwaterende Sluizen in Hollands Noor |
Overige gegevens
Gebied: Nederland, provincie Noord-Holland
Categorieën Besluit m.e.r.
Code | Omschrijving |
---|---|
C18.2 | tot 1-4-2011: Oprichten inrichting voor gevaarlijk afval: verbranden, chemisch behandelen, storten of in de ondergrond brengen |
C18.4 | tot 1-4-2011: Niet-gevaarlijk afval: verbranden of chemisch behandelen van >= 100ton per dag |
Bijgewerkt op: 19 jun 2012