1476. Woningbouwlocatie Teteringen
de ontwikkeling van woningbouwlocatie Teteringen aan de noordoostkant van Breda
Procedure en adviezen
Richtlijnen |
---|
13-10-2004 Datum kennisgeving |
13-10-2004 Ter inzage legging van de informatie |
16-12-2004 Advies uitgebracht |
Advies voor richtlijnen |
Toetsing |
24-11-2005 Kennisgeving MER |
24-11-2005 Ter inzage legging MER |
08-02-2006 Toetsingsadvies uitgebracht |
Toetsingsadvies |
Opmerkingen bij de advisering
De ontwikkeling omvat de bouw van 3000 woningen, een groene geledingzone tussen Breda en Teteringen, de ontwikkeling van het natuurgebied de Lage Vucht polder en een hoogwaardig openbaar vervoer (HOV)-verbinding. De ontwikkeling van de locatie is eerder vastgelegd in drie bestemmingsplannen. De Raad van State heeft deze bestemmingsplannen vernietigd en bepaald dat m.e.r. doorlopen moet worden.
De hoofdpunten voor het MER zijn:
- een onderbouwing, inclusief milieuargumenten, van eerdere gemaakte keuzes zoals de locatie(s) en het aantal woningen;
- een optimalisatie van het basisalternatief waaruit mogelijk een nieuw voorkeursalternatief naar voren komt.
- een meest milieuvriendelijk alternatief waarin uitgangspunten, zoals bijvoorbeeld het aantal woningen, niet star worden gehanteerd;
- de belangrijkste aspecten zijn verkeer, waterhuishouding, natuur, landschap en de daarbij horende effecten.
De Commissie acht de essentiële milieu-informatie in het MER en de achtergrondrapporten aanwezig om het milieu een volwaardige plaats in de besluitvorming te kunnen geven.
Uit het MER blijkt dat er verkeersproblemen zijn. Waar deze locaal opgelost worden, zal de bestaande regionale problematiek verergeren, hetgeen volgens de Commissie dan ook alleen op regionaal niveau op te lossen is. De Commissie adviseert om voor het nemen van het eerste besluit aan te geven welke stappen ondernomen worden om de regionale problematiek op te lossen.
Uit het MER blijkt ook dat de normen voor fijn stof in elk alternatief overschreden worden, alleen al vanwege de achtergrondconcentratie. De Commissie adviseert om vóór het nemen van het eerste besluit duidelijk te maken hoe en op welke termijn de normen voor fijn stof gehaald kunnen worden, dan wel verbetering, compensatie of “standstil” bereikt kan worden.
Verder doet de Commissie de aanbeveling om in de deelgebieduitwerking van de Waterakkers eerder voorgestelde maatregelen voor de ontwikkeling van ecohydrologische potenties van dit deelgebied nader uit te werken.
Tenslotte is de Commissie van mening dat, indien een uit de inspraak naar voren gekomen alternatief voor een westelijke rondweg betrokken wordt bij de regionale verkeerskundige analyse, een integrale milieubeoordeling van dit alternatief uitgevoerd moet worden.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
ing. Johan Janse |
drs. Robert Jan Jonker |
dr. Nico de Vries |
Voorzitter: ir. Aad van der Velden
Werkgroepsecretaris: ir. Marijke Bremmer
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
Breda |
Bevoegd gezag |
---|
Breda |
Overige gegevens
Gebied: Nederland, provincie Noord-Brabant
Categorieën Besluit m.e.r.
Code | Omschrijving |
---|---|
C11.1 | tot 1-4-2011: Bouw >= 4000 woningen binnen, of >= 2000 woningen buiten bebouwde kom |
Bijgewerkt op: 31 aug 2007