1979. A27 Lunetten-Hooipolder
Rijkswaterstaat heeft het voornemen de capaciteit van de A27 tussen de knooppunten Lunetten (bij Utrecht) en Hooipolder (bij Breda) uit te breiden. Voor de besluitvorming wordt de verkorte Tracéwet procedure doorlopen. De procedure voor de milieueffectrapportage (m.e.r.) voor de A27 Lunetten-Hooipolder is in twee fasen opgesplitst.
Procedure en adviezen
Richtlijnen |
---|
07-09-2007 Adviesaanvraag |
11-09-2007 Datum kennisgeving |
11-09-2007 Ter inzage legging van de informatie |
27-11-2007 Advies uitgebracht |
Advies voor richtlijnen |
Tussentijdse toetsing |
12-04-2010 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
14-09-2010 Toetsingsadvies uitgebracht |
Tussentijds toetsingsadvies |
Opmerkingen bij de advisering
Richtlijnen
De Commissie beschouwt de volgende punten als essentiële informatie in het MER:
- Een goede en actuele beschrijving en onderbouwing van de probleem- en doelstelling;
- Een heldere beschrijving van de procedure, en de criteria die daarbinnen gebruikt worden bij de keuzes tussen alternatieven;
- Een beschrijving van de toekomstige (ruimtelijke) ontwikkelingen in de omgeving en de samenhang daarvan met de A27;
- De effecten van de verschillende alternatieven en varianten op het milieu, met name de effecten op luchtkwaliteit, geluidsbelasting, natuur- en landschappelijke waarden.
Gezien het grote aantal uiteenlopende inrichtingsmogelijkheden adviseert de Commissie om een inspraakmoment voor publiek en instanties in te lassen voordat een voorkeursalternatief wordt bepaald.
Tussentijdse toetsing MER 1e fase
De Commissie heeft het MER 1e fase en de aanvulling hierop getoetst en een tussentijds toetsingsadvies uitgebracht.
Na eerste toetsing heeft de Commissie geconstateerd dat de essentiële informatie in het MER ontbrak. Het betrof informatie in de analyse van de verkeersproblemen. Het ministerie van Verkeer en Waterstaat heeft daarom een aanvulling opgesteld en deze ter toetsing voorgelegd.
De Commissie is van mening dat in het MER 1e fase en de aanvulling daarop de essentiële informatie aanwezig is om reeds een keuze voor één of meerdere voorkeursalternatieven voor de 2e fase te maken.
Op basis van het MER 1e fase en de aanvulling daarop concludeert de Commissie dat:
- de problemen voldoende zijn beschreven in de verkeersanalyse. Hiermee is een goede onderbouwing van de alternatieven gegeven;
- de MKBA niet volledig is en dat op basis van deze informatie geen conclusies kunnen worden getrokken;
-
de onderzoeken van de milieueffecten goed zijn uitgewerkt in het MER. Op basis daarvan kan worden geconcludeerd dat de verbreding van de A27 een forse ingreep is met negatieve effecten voor natuur, landschap, geluid, luchtkwaliteit, cultuurhistorie, archeologie en water.
De Commissie sluit het advies af met aanbevelingen voor de tweede fase. Daarbij gaat zij in op de onderwerpen:
- geluid;
- luchtkwaliteit;
- gezondheid;
- klimaat.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
dr. ir. Frank van der Hoeven |
ir. Hans Huizer |
drs. Yvonne van Manen |
prof.dr. Henk Meurs |
ir. Jan Termorshuizen |
Voorzitter: drs. Marieke van Rhijn
Werkgroepsecretaris: drs. Roel Meeuwsen
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
Rijkswaterstaat Noord-Brabant |
Bevoegd gezag |
---|
Ministerie van Infrastructuur en Milieu |
Overige gegevens
Gebied: Nederland, provincie Utrecht
Categorieën Besluit m.e.r.
Code | Omschrijving |
---|---|
C01.4 | tot 1-4-2011: Verbreding hoofdweg of ombouw tot autosnelweg |
Bijgewerkt op: 17 sep 2010