3210. Zuid-West 380 kV Oost
De effecten van een nieuwe hoogspanningsverbinding tussen Rilland en Tilburg zijn voor natuur en landschap nog onvoldoende uitgewerkt in het milieueffectrapport. De keuze van het type mast vraagt om meer toelichting. Dat zegt de Commissie voor de milieueffectrapportage in haar advies over het milieueffectrapport. Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat had de Commissie gevraagd de inhoud van het rapport te beoordelen.
Procedure en adviezen
Tussentijdse toetsing |
---|
15-02-2017 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
15-06-2017 Advies uitgebracht |
Toetsingsadvies |
Persbericht |
Toetsing |
02-09-2021 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
23-02-2022 Voorlopig advies uitgebracht |
Voorlopig toetsingsadvies |
Persbericht |
Toetsing aanvulling op het MER |
23-02-2022 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
13-07-2022 Advies uitgebracht |
Toetsingsadvies |
Persbericht |
Opmerkingen bij de advisering
Toetsingsadvies
Er is nu voldoende informatie over de magneetveldzones van verschillende masttypes en het aantal gevoelige bestemmingen daarbinnen. Deze informatie is waardevol en belangrijk omdat uit de zienswijzen blijkt dat er zorgen zijn over de gezondheidseffecten van elektromagnetische straling.
Over maatregelen om tijdens de aanleg het leefgebied van beschermde vogelsoorten te beschermen, ontbreekt nog informatie, zegt de Commissie. Dit geldt ook voor de maatregelen om schade aan het beschermd natuurgebied Huis ter Heide bij Tilburg te compenseren. De ‘landschappelijke inpassing’ van de hoogspanningsverbinding vraagt, vooral voor het laatste deel van het traject tot Tilburg, om meer uitwerking. Ook ontbreekt nog inzicht in maatregelen om archeologische vindplaatsen te behouden.
De Commissie adviseert om het milieueffectrapport eerst aan te vullen en daarna pas een besluit te nemen over het rijksinpassingsplan.
Voorlopig toetsingsadvies
TenneT wil als beheerder van het landelijk hoogspanningsnet een nieuwe 380 kilovolt-hoogspanningsverbinding tussen Rilland en Tilburg aanleggen. Deze is nodig voor het energie-transport vanuit Zeeland en vanaf windparken op zee. TenneT voldoet hiermee aan de wettelijke eisen voor leveringszekerheid van elektriciteit. Voordat het ministerie van Economische Zaken en Klimaat besluit over het rijksinpassingsplan, zijn de milieugevolgen onderzocht in een milieueffectrapport.
Het rapport bevat nog onvoldoende informatie over de maatregelen om tijdens de aanleg het leefgebied van beschermde vogelsoorten te beschermen. Dit geldt ook voor de maatregelen om te voorkomen dat vogels tegen de elektriciteitsdraden aan vliegen, en voor de maatregelen om de schade aan beschermd natuurgebied Huis ter Heide bij Tilburg te compenseren.
De ‘landschappelijke inpassing’ van de hoogspanningsverbinding vraagt, vooral voor het laatste deel van het traject tot Tilburg, om meer concrete uitwerking.
De keuze van het type mast vraagt nog om meer toelichting, met daarbij een vergelijking tussen magneetveldzones en het aantal gevoelige bestemmingen in die zones. Deze informatie is belangrijk omdat uit de zienswijzen blijkt dat er zorgen zijn over de gezondheidseffecten van elektromagnetische straling.
De Commissie adviseert het milieueffectrapport aan te vullen met de ontbrekende informatie voordat een besluit wordt genomen over het rijksinpassingsplan.
Tussentijds toetsingsadvies
De Commissie is van oordeel dat er al veel bruikbare informatie beschikbaar is gekomen over de te verwachten milieueffecten. Zij adviseert in het milieueffectrapport aanvullend de mogelijke gezondheidseffecten te beschrijven van de magneetveldzone veroorzaakt door ondergrondse hoogspanningskabels. Zij schat in dat het aantal woningen in de magneetveldzone daardoor hoger kan uitvallen dan waarvan nu in beide rapporten is uit gegaan. Ook de gevolgen van aanvaring van vogels en vleermuizen vraagt nog aandacht, vooral bij beschermde soorten waaronder verschillende steltlopers. Mogelijk zijn maatregelen nodig om negatieve effecten te verminderen. Denk aan het aanbrengen van zogeheten ‘varkenskrullen’ of ‘vogelflappen’ aan de draden waardoor het aantal vogelaanvaringen verminderd, of aan het beschouwen van alternatieve tracés. Tenslotte ontbreken nog verbeeldingen/fotomontages van de landschappelijke effecten van de hoogspanningsverbinding. Vooral verbeeldingen vanuit landschappelijk waardevolle gebieden zoals de Brabantse Wal en vanuit woonwijken en -linten zijn dan relevant.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
dr. Theo Fens |
drs. Sjef Jansen |
ir. Wim Keijsers |
dr. Fred Woudenberg |
Voorzitter: ir. Harry Webers
Werkgroepsecretaris: dr. Geert Draaijers
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
TenneT TSO |
Bevoegd gezag |
---|
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat |
Overige gegevens
Gebied: Nederland, provincie Noord-Brabant; Nederland, provincie Zeeland
Bijgewerkt op: 14 jul 2022