3635. Beleidskader Wonen en Werken provincie Noord-Brabant
De provincie Noord-Brabant ontwikkelt nieuw beleid voor toekomstige woon- en werklocaties. Ze presenteert deze plannen in het beleidskader wonen en werken. Voordat hierover een besluit wordt genomen, zijn eerst de mogelijke gevolgen van drie alternatieven op de omgeving onderzocht. Deze alternatieven variëren in de locaties van nieuwe woningen en werkplekken: vooral geconcentreerd in de grote kernen, juist meer verspreid over heel Brabant en een alternatief dat daar tussenin ligt.
Procedure en adviezen
Reikwijdte en detailniveau |
---|
20-01-2022 Adviesaanvraag bij de Commissie mer |
25-05-2022 Advies reikwijdte en detailniveau uitgebracht |
Advies reikwijdte en detailniveau |
Persbericht |
Toetsing |
20-10-2022 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
25-10-2022 Ter inzage legging MER |
11-01-2023 Toetsingsadvies uitgebracht |
Toetsingsadvies |
Persbericht |
Opmerkingen bij de advisering
ToetsingsadviesHet uiteindelijk gekozen beleid lijkt sterk op het alternatief dat er tussenin ligt. Ook de referentiesituatie, waar de milieugevolgen mee worden vergeleken, is hier in grote lijnen hetzelfde mee. Toch blijkt uit het rapport dat zowel dit alternatief als het gekozen beleid tot hele andere milieueffecten leiden. Deze tegenstrijdigheid wordt niet verklaard. De Commissie adviseert daarom om de alternatieven meer te laten verschillen van de referentiesituatie. Maak ze bovendien concreter, door de woningbouwopgave en de werkgebieden ruimtelijk te verdelen over de belangrijkste Brabantse regio’s, zegt de Commissie. Verbeter ook de effectbepaling door meer te kwantificeren, in plaats van de effecten kwalitatief te beschrijven, zoals nu is gedaan. Daarnaast adviseert de Commissie om de samenhang met Brabants beleid voor andere onderwerpen zoals mobiliteit te verduidelijken. Wat voor invloed hebben keuzes voor woon- en werklocaties daarop en andersom? Beschrijf ook duidelijk of met de onderzochte alternatieven de gestelde doelen wel worden behaald, schrijft de Commissie tot slot. Ze adviseert de provincie om het milieueffectrapport eerst aan te passen en pas daarna een besluit te nemen over het beleidskader wonen en werken
Advies reikwijdte en detailniveau
Werk het milieueffectrapport voor beide delen apart uit, adviseert de Commissie. Kijk in beide delen naar de specifieke eigenheid en identiteit van de verschillende Brabantse gebieden en landschappen. Dan wordt per gebied duidelijk wat keuzes betekenen voor de leefomgeving. Zo geeft een logistiek bedrijventerrein in een afgelegen gebied met veel natuur mogelijk meer negatieve dan in gebied met bedrijvigheid bij een snelweg.
Op deze manier heeft de provincie informatie in handen om onderbouwde keuzes te maken voor beide delen van het Beleidskader Leefomgeving en om de doelen uit de omgevingsvisie te realiseren.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
ir. Tilly Fast |
ir. Yttje Feddes |
prof. dr. ir. Rob van der Heijden |
drs. Gerrit de Zoeten |
Voorzitter: ir. Kees Slingerland
Werkgroepsecretaris: Wouter Berendsen, MSc
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
Provincie Noord-Brabant |
Bevoegd gezag |
---|
Provincie Noord-Brabant |
Overige gegevens
Gebied: Nederland, provincie Noord-Brabant
Categorieën Besluit m.e.r.
Code | Omschrijving |
---|---|
007.2 | Plan-m.e.r. vanwege kaderstelling |
D11.2 | 2018: aanleg, wijziging of uitbreiding van een stedelijk ontwikkelingsproject met inbegrip van de bouw van winkelcentra of parkeerterreinen ingeval opp. >=100 ha, een aaneengesloten gebied met >=2000 of meer woningen, of een bedrijfsvloeroppervlak van >= 200.000m2 |
D11.3 | 2018: aanleg, wijziging of uitbreiding van een industrieterrein als opp. >= 75 ha |
Bijgewerkt op: 11 jan 2023