3635

Beleidskader Wonen en Werken provincie Noord-Brabant

De provincie Noord-Brabant ontwikkelt nieuw beleid voor toekomstige woon- en werklocaties. Ze presenteert deze plannen in het beleidskader wonen en werken. Voordat hierover een besluit wordt genomen, zijn eerst de mogelijke gevolgen van drie alternatieven op de omgeving onderzocht. Deze alternatieven variëren in de locaties van nieuwe woningen en werkplekken: vooral geconcentreerd in de grote kernen, juist meer verspreid over heel Brabant en een alternatief dat daar tussenin ligt.

Hoofdpunten uit het advies

Toetsingsadvies
Het uiteindelijk gekozen beleid lijkt sterk op het alternatief dat er tussenin ligt. Ook de referentiesituatie, waar de milieugevolgen mee worden vergeleken, is hier in grote lijnen hetzelfde mee. Toch blijkt uit het rapport dat zowel dit alternatief als het gekozen beleid tot hele andere milieueffecten leiden. Deze tegenstrijdigheid wordt niet verklaard. De Commissie adviseert daarom om de alternatieven meer te laten verschillen van de referentiesituatie. Maak ze bovendien concreter, door de woningbouwopgave en de werkgebieden ruimtelijk te verdelen over de belangrijkste Brabantse regio’s, zegt de Commissie. Verbeter ook de effectbepaling door meer te kwantificeren, in plaats van de effecten kwalitatief te beschrijven, zoals nu is gedaan. Daarnaast adviseert de Commissie om de samenhang met Brabants beleid voor andere onderwerpen zoals mobiliteit te verduidelijken. Wat voor invloed hebben keuzes voor woon- en werklocaties daarop en andersom? Beschrijf ook duidelijk of met de onderzochte alternatieven de gestelde doelen wel worden behaald, schrijft de Commissie tot slot. Ze adviseert de provincie om het milieueffectrapport eerst aan te passen en pas daarna een besluit te nemen over het beleidskader wonen en werken

Advies reikwijdte en detailniveau
Werk het milieueffectrapport voor beide delen apart uit, adviseert de Commissie. Kijk in beide delen naar de specifieke eigenheid en identiteit van de verschillende Brabantse gebieden en landschappen. Dan wordt per gebied duidelijk wat keuzes betekenen voor de leefomgeving. Zo geeft een logistiek bedrijventerrein in een afgelegen gebied met veel natuur mogelijk meer negatieve dan in gebied met bedrijvigheid bij een snelweg.
Op deze manier heeft de provincie informatie in handen om onderbouwde keuzes te maken voor beide delen van het Beleidskader Leefomgeving en om de doelen uit de omgevingsvisie te realiseren.

Samenstelling van de laatste werkgroep

ir. Tilly Fast

ir. Yttje Feddes

prof. dr. ir. Rob van der Heijden

drs. Gerrit de Zoeten

voorzitter

ir. Kees Slingerland

werkgroepsecretaris

Wouter Berendsen MSc

Projectinformatie

Bevoegd gezag

Provincie Noord-Brabant

Initiatiefnemer

Provincie Noord-Brabant

Laatste advies uitgebracht op

11 januari 2023