2284. Uitbreiding smeltinstallatie Farmsum (door Ensartech)
Ensartech B.V. wil de al bestaande afvalverwerkingscapaciteit uitbreiden van 18.000 ton naar 35.000 ton per jaar en de verbranding van gevaarlijk afval mogelijk maken.De Commissie concludeert dat het MER en de aanvulling de relevante informatie bevatten over externe veiligheid, luchtkwaliteit en de input en output van de installatie.
Procedure en adviezen
Richtlijnen |
---|
22-06-2009 Datum kennisgeving |
22-06-2009 Ter inzage legging van de informatie |
23-06-2009 Adviesaanvraag |
17-09-2009 Advies uitgebracht |
Advies voor richtlijnen |
Toetsing |
05-11-2011 Kennisgeving MER |
05-11-2011 Ter inzage legging MER |
07-11-2011 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
Toetsing aanvulling op het MER |
06-01-2012 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
01-02-2012 Advies uitgebracht |
Toetsingsadvies |
Opmerkingen bij de advisering
Toetsingsadvies
Tijdens de toetsing van het MER heeft de Commissie gesignaleerd dat in het MER essentiële informatie ontbrak. Op advies van de Commissie heeft Ensartech een aanvulling op het MER opgesteld.
Het MER en de aanvulling samen bevatten de relevante informatie voor een besluit over de milieuvergunning.
In de aanvulling zijn de volgende punten toegelicht:
- Externe veiligheid: in de nieuwe verbrandingsinstallatie wordt het synthesegas direct verbrand in de ketel. Doordat het gas niet wordt gekoeld en daarmee niet onder de zelfontbrandingstemperatuur komt, kan er geen explosief mengsel in de installatie ontstaan.
- Input en output van de installatie: de kwaliteit van de restproducten en de emissiewaarden kunnen worden gestuurd door zorgvuldige samenstelling van de afvalbatches en controle en menging van de voeding.
- Emissies naar de lucht: uit de nieuwe tabel met emissiegetallen blijkt dat de installatie voldoet aan de grenswaarden uit het Bva.
- Vergelijking van de alternatieven: een nieuwe vergelijkingstabel geeft een beter beeld van de effecten van uit uitbreiden van de smeltinstallatie en het mee verbranden van gevaarlijk afval.
Richtlijnenadvies
De Commissie adviseert in het MER te beschrijven:
- De samenstelling, type, herkomst en acceptatie van het te gebruiken afval, de brandstofmixscenario’s en de daaraan gerelateerde capaciteit, en de emissiekenmerken van de installatie.
- De installatie, met aandacht voor het verband tussen het type te vergassen afvalstoffen en de toepasbare producten en eventuele reststoffen. Geef daarbij een beschrijving van de stoffen die vrijkomen bij de reiniging van het rookgas en hoe met deze stoffen wordt omgegaan.
- Een duidelijke massa- en energiebalans van het proces.
- De gevolgen van het project voor woon- en leefmilieu en natuur met specifiek aandacht voor de Natura 2000-gebieden, zowel in Nederland als in Duitsland.
- Een zelfstandig leesbare samenvatting met duidelijke tekeningen van het voornemen en kaarten van de omgeving.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
dr. Norbert Dankers |
ir. Huub Stassen |
ir. Paul van Vugt |
Voorzitter: drs. Leni van Rijn-Vellekoop
Werkgroepsecretaris: drs. Roel Meeuwsen
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
Ensartecht B.V. |
Bevoegd gezag |
---|
Provincie Groningen |
Ministerie van Infrastructuur en Milieu |
Overige gegevens
Gebied: Nederland, provincie Groningen
Categorieën Besluit m.e.r.
Code | Omschrijving |
---|---|
C18.2 | tot 1-4-2011: Oprichten inrichting voor gevaarlijk afval: verbranden, chemisch behandelen, storten of in de ondergrond brengen |
C18.4 | tot 1-4-2011: Niet-gevaarlijk afval: verbranden of chemisch behandelen van >= 100ton per dag |
Bijgewerkt op: 09 nov 2012