3638. Windpark Eemshaven-West, provincie Groningen
Vattenfall, Drei Meulen BV en ECOO willen een nieuw windpark realiseren, dat uit 24 windturbines bestaat. Het plangebied ligt in de provincie Groningen, ten westen van de Eemshaven en vlak bij de bestaande windparken Eemsdijk en Westereems. Voor het windpark zijn diverse vergunningen nodig en een inpassingsplan. Voordat de provincie hierover besluit, zijn de milieugevolgen onderzocht in een milieueffectrapport.
Procedure en adviezen
Toetsing |
---|
14-02-2022 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
21-04-2022 Ter inzage legging MER |
10-06-2022 Voorlopig advies uitgebracht |
Voorlopig toetsingsadvies |
Persbericht |
Toetsing aanvulling op het MER |
05-07-2022 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
26-08-2022 Advies uitgebracht |
Toetsingsadvies |
Persbericht |
Toetsing notitie beschouwde alternatieven |
13-12-2022 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
21-02-2023 Advies uitgebracht |
Toetsingsadvies notitie beschouwde alternatieven |
Persbericht |
Toetsing aanvulling op het MER |
07-11-2023 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
26-03-2024 Advies uitgebracht |
Toetsingsadvies |
Persbericht |
Opmerkingen bij de advisering
ToetsingsadviesHet windpark ligt dicht bij de Waddenzee, een beschermd natuurgebied. Dit gebied bevat voedsel en rustplekken voor onder andere de wulp en scholekster. Bij laagwater zoeken vogels op het wad naar voedsel. Bij hoogwater rusten ze op droge delen van het wad. Volgens het milieueffectrapport zullen 669 wulpen en 449 scholeksters hun huidige rustplaats gaan mijden door het nieuwe windpark. Het rapport geeft aan dat deze vogels naar andere, dichtbijgelegen plekken op de Waddenzee zullen trekken. De Commissie ziet geen zekerheid dat op andere plekken in de Waddenzee voldoende ruimte is. Op die plekken zitten nu ook al vogels, maar door allerlei factoren, zoals verstoring, neemt het aantal al jaren af. Door dit windpark komen er extra vogels naartoe. Zij zullen gaan concurreren om ruimte, of uitwijken naar verder gelegen plekken. Dit kost meer energie en daardoor verzwakken de vogels. Niet uit te sluiten is dat de sterfte hierdoor toeneemt of dat een deel van de vogels de Waddenzee permanent verlaat. In het milieueffectrapport staat daarnaast niet precies hoeveel kleiner het gebied wordt waar vogels nu nog foerageren. Marja van der Tas, plaatsvervangend voorzitter Commissie mer: ‘Het rapport is van hoge kwaliteit, maar onderschat de gevolgen voor de Waddenzee. Het windturbinepark verkleint de ruimte voor vogels in de Waddenzee en vergroot dus de concurrentie om ruimte en voedsel. Neem dat mee in de besluitvorming.’
Toetsingsadvies notitie beschouwde alternatieven
De provincie heeft aan de Commissie gevraagd of er eerst nog onderzoek nodig is naar andere opties voor de opzet van het windpark. Dat is niet nodig, zegt de Commissie, maar een risico blijft dat geen van de onderzochte opties juridisch mogelijk zijn. De verstoring van beschermde vogels lijkt nog niet goed onderzocht. Het windpark ligt dichtbij de Waddenzee, een belangrijk leefgebied voor veel vogels. Een reëel risico van het windpark is dat het aantal beschermde vogels verder afneemt. De Commissie adviseert om bij de verdere besluitvorming deze effecten beter in beeld te brengen. Dat vergroot de kans op een plan dat goed met de beschermde natuur omgaat en ook juridisch uitvoerbaar is.
Toetsingsadvies en de aanvulling daarop
Het windpark ligt dichtbij het beschermde natuurgebied de Waddenzee. Als het wad droogvalt bij laagwater, zoeken verschillende vogelsoorten daar naar voedsel. Bij hoogwater rust een deel van de vogels aan de Waddendijk. Het is dus een belangrijk leefgebied. Sommige vogels zullen het gebied gaan mijden door het geluid en de visuele verstoring van het windpark. In het rapport mist hierover nog steeds belangrijke informatie. Voor een aantal soorten vogels in de Waddenzee, zoals de wulp, liggen de aantallen nu al onder de vastgelegde natuurdoelen. Voor deze soort is het gebied dat wordt aangetast ongeveer 150 voetbalvelden groot. Een reëel risico van het windpark is dat het aantal beschermde vogels verder afneemt. Het milieueffectrapport onderschat dit risico, zegt de Commissie. De Commissie adviseert om het milieueffectrapport eerst aan te passen en daarna pas een besluit te nemen over het windpark.
Voorlopig toetsingsadvies
Dit is een heel goed milieueffectrapport, zegt de Commissie. Het onderbouwt goed de locatiekeuze en laat duidelijk zien hoe het landschap zal veranderen door het windpark. Ook beschrijft het goed dat omwonenden aan de zuidkant meer geluid en slagschaduw zullen ervaren. Op een punt is meer duidelijkheid nodig, vindt de Commissie. De Waddenzee, een beschermd natuurgebied, ligt vlakbij. Als het wad droogvalt bij laagwater, zoeken vogels daar naar voedsel. Bij hoogwater rusten vogels aan de Waddendijk. Sommige vogels zullen een deel van het gebied gaan mijden door het nieuwe windpark. Dit effect moet in beeld zijn, volgens de Commissie, maar het rapport beschrijft dit nog niet. De provincie neemt het advies van de Commissie over, zal het rapport op korte termijn aanvullen en het deze zomer opnieuw laten beoordelen.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
ir. Peter van der Boom, MA |
mr. dr. Annelies Freriks |
drs. Martin Poot |
ing. Caspar Slijpen |
Voorzitter: Marja van der Tas
Werkgroepsecretaris: mr. Roel Sillevis Smitt
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
Vattenfall Wind Development Netherlands B.V. |
ECOO B.V. |
Drei Meulen Wind B.V. |
Bevoegd gezag |
---|
Provincie Groningen |
Waterschap Noorderzijlvest |
Overige gegevens
Gebied: Nederland, provincie Groningen
Categorieën Besluit m.e.r.
Code | Omschrijving |
---|---|
008.1 | Project-m.e.r. en plan-m.e.r. vanwege kaderstelling en passende beoordeling |
C16.1 | 2018: ontginning of wijziging of uitbreiding ontginning van steengroeven of dagbouwmijnen, inclusief winning oppervlaktedelfstoffen uit landbodem (anders dan 16.2 of 16.4) >25 ha terreinopp |
D15.2 | 2018: aanleg, wijziging, of uibreiding van werken voor onttrekken of kunstmatig aanvullen van grondwater >=1,5 milj m3 pj |
D16.1 | 2018: ontginning of wijziging of uitbreiding van ontginning van steengroeven of dagbouwmijnen inclusief winning oppervlaktedelfstoffen uit landbodem (anders dan 16.2) >=12,5 ha terreinopp. |
D22.2 | 2018: oprichting, wijziging of uitbreiding van een windturbinepark indien gezamenlijk vermogen van >= 15 megawatt (elektrisch), of 10 windturbines of meer |
Bijgewerkt op: 27 mrt 2024