3772. Meanderende Maas, fase 2

Voor het gebied tussen Ravenstein en Lith heeft de minister van Infrastructuur en Waterstaat een voorkeursbeslissing vastgesteld. De Stuurgroep Meanderende Maas wil de dijk versterken, de rivier meer ruimte geven en in de uiterwaarden natuur ontwikkelen. Daarvoor wordt de grond afgegraven en gebruikt voor de dijkversterking. Voordat de provincies Noord-Brabant en Gelderland over de dijkaanpassingen besluiten, zijn de milieugevolgen onderzocht in een milieueffectrapport. Dit rapport is in januari aangevuld met extra informatie over de effecten op het landschap. 

Procedure en adviezen

Toetsing
24-07-2023 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer
08-11-2023 Voorlopig advies uitgebracht
Voorlopig toetsingsadvies
Persbericht
Toetsing aanvulling op het MER
31-10-2023 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer
31-01-2024 Advies uitgebracht
Toetsingsadvies en de aanvulling daarop
Persbericht

Opmerkingen bij de advisering

Toetsingsadvies aanvulling op het MER
Het oorspronkelijk rapport gaf al veel relevante informatie en was goed leesbaar. Ook de positieve effecten voor de natuur waren al goed in beeld. De dijk neemt op sommige plekken veel ruimte in door de flauwe hellingen. Het aangevulde rapport beschrijft nu goed de effecten hiervan op het landschap, schrijft de Commissie in haar advies. Het is nu duidelijk waar en waarom welke maatregel wordt toegepast. Ook is duidelijk aangegeven dat voor enkele plaatsen zoals de Diedensche Uiterdijk en de Hemelrijkse Waard nog verder onderzoek plaatsvindt naar een ontwerp met minder effect op het landschap. 
De Commissie vindt dat hiermee voldoende informatie beschikbaar is om te besluiten over het project Meanderende Maas.

Voorlopig toetsingsadvies
Het rapport geeft veel relevante informatie en is goed leesbaar. Ook de positieve effecten voor de natuur zijn nu goed in beeld. De Commissie adviseerde eerder om te onderzoeken of de dijk minder ruimte kon innemen, om zo de effecten op het landschap te beperken. Het ontwerp van de dijk is daarom aangepast. De dijk neemt nu, over grote delen van het traject, minder ruimte in. Het rapport beschrijft echter nog niet de effecten van het dijkontwerp op het landschap. Daarom is nog niet duidelijk welke mogelijkheden er zijn om de dijk minder ruimte in te laten nemen op delen van het traject.
De Commissie adviseert om eerst het rapport aan te vullen en daarna pas een besluit te nemen. De provincie neemt deze aanbeveling over en laat het aangevulde rapport opnieuw door de Commissie beoordelen.

Betrokken partijen

Samenstelling van de laatste werkgroep

drs. Marinus Kooiman

Voorzitter: drs. Liesbeth van Tongeren
Werkgroepsecretaris: Marianne Schuerhoff, MSc

Initiatiefnemer en Bevoegd gezag

Initiatiefnemer
Stuurgroep Meanderende Maas (gemeenten Oss, Wijchen, West Maas en Waal, Waterschap Rivierenland en Waterschap Aa en Maas, provincie Noord-Brabant, provincie Gelderland)

Bevoegd gezag
Provincie Noord-Brabant
Waterschap Aa en Maas
Gemeente Oss
Gemeente Wijchen
Gemeente West Maas en Waal
Waterschap Rivierenland
Provincie Gelderland

Overige gegevens

Gebied: Nederland, provincie Noord-Brabant


Categorieën Besluit m.e.r.

Code Omschrijving
001.1 Project m.e.r. uitgebreide procedure
C16.1 2018: ontginning of wijziging of uitbreiding ontginning van steengroeven of dagbouwmijnen, inclusief winning oppervlaktedelfstoffen uit landbodem (anders dan 16.2 of 16.4) >25 ha terreinopp
D03.1 2018: aanleg, wijziging of uitbreiding binnenvaarweg voor schepen met laadvermogen >=900 ton of als opp >=25 ha
D03.2 2018: aanleg, wijziging of uitbreiding van werken inzake kanalisering of ter beperking van overstromingen, inclusief primaire waterkeringen en rivierdijken
D09 2018: landinrichtingsproject dan wel een wijziging of uitbreiding daarvan indien functiewijziging van water, recreatie of landbouw >=125 ha of glastuinbouwgebied of bloembollenteeltgebied >= 50 ha
D16.1 2018: ontginning of wijziging of uitbreiding van ontginning van steengroeven of dagbouwmijnen inclusief winning oppervlaktedelfstoffen uit landbodem (anders dan 16.2) >=12,5 ha terreinopp.

Bijgewerkt op: 06 mrt 2024